Concepting gaat om het op de markt brengen van merken die een gedachtegoed vertegenwoordigen: Visies, houdingen, overtuigingen, motivaties, taal- golflengtes, interessevelden, wereldbeelden en ‘werelden’ die voor consumenten oproept of hen inspireert.
B Wat is de definitie voor concept van Goos Geursen?
Een aanduiding voor een ruw plan, een opzet ergens van, een schets. Daarnaast is ‘concept’ een voorstelling, opvatting, gedachte.Goos Geursen, 1947.
C In welk opzicht komen hun definities overeen en in welk opzicht verschillen zij van elkaar.
Beide zijn van mening dat bij concept sprake is van bepaalde opvattingen.Rijkenberg bekijkt zijn visie vanuit de consumentenkant. Terwijl Geursen een concept definieert als een aanduiding voor een ruw plan.
2A Verklaar de begrippen zoals in vraag 1 met voorbeelden uit de film en televisiebranche.
Jan Rijkenberg: Het op de markt brengen van merken die een gedachtegoed vertegenwoordigen:Visies, houdingen, overtuigingen, motivaties, taal- golflengtes, interessevelden, wereldbeelden en werelden, die voor de consumenten een betekenis hebben.
Film: Into the Wild
Deze film is gebaseerd op de gelijknamige bestseller van outdoor- journalist Jon Krakauer uit 1996.Die dit boek schreef op basis van dagboekfragmenten van McCandless en de getuigenissen van mensen die hem kenden. Het is een waar gebeurd verhaal. De 22-jarige, pas afgestudeerde Christopher McCandless laat zijn familie en veelbelovende toekomst achter zich, op zoek naar avontuur. Zonder materiele bezittingen, weg van de valkuilen van de moderne wereld, probeert hij zijn weg te vinden in de wildernis van Alaska. Bijzondere ontmoetingen en de verraderlijke kracht en pracht van de natuur vormen zijn bestaan. Maar kan hij overleven?Het past bij de definitie van Jan Rijkenberg omdat deze man zijn familie wil overtuigen, dat hij dit kan. Verder heeft hij de motivatie om dit door te zetten. Tijdens de film zie je veel wereldbeelden, die voor de consument een betekenis kunnen hebben. Ieder mens probeert zijn weg te vinden in het leven. Een ieder komt wel eens in een valkuil terecht, maar vind altijd wel zijn weg terug.
B Aan welke eisen moet een goed tv/ filmconcept voldoen?
Een goed tv/filmconcept moet voldoen aan een aantal eisen. Het concept moet haalbaar zijn en compleet nieuw. Het moet aansluiten bij de beoogde doelgroep en een achterliggende gedachte hebben. Het concept moet bestaan uit een synopsis, een concept, een vorm, een motivatie en het publiek. Je moet dus goed van te voren bepalen wat voor doelgroep je wil en hoe je je film of televisieprogramma opbouwt.
C In hoeverre verschilt dit van bovengenoemde theorieën?
Een concept is vaak een aanduiding voor een ruw plan, een opzet ergens van, een schets. Er moet een voorstelling komen, de opvatting van de doelgroep is erg belangrijk en de achterliggende gedachte. Het verschil is dat je niet alleen een goede gedachte of opvatting over een concept moet hebben, maar ook een duidelijke verhaallijn en een doelgroep. Verder is het belangrijk dat er precies wordt aangegeven wat voor vorm je concept gaat krijgen.
3Bekijk een advertentie of commercial en ontleed deze aan de hand van de drie niveaus van Geursen.
Toen het idee van dit programma werd bedacht, was het nog een ruw plan, een opzet ergens van, een schets. Niemand kon weten, dat dit programma zo’n succes zou gaan worden
4 Geef een voorbeeld van positioneren en van concepting en verklaar de verschillen (zie schema blz. 52)
Concepting is iets geheel anders dan positionering.
Bij concepting is er een heilig geloof in communicatie als de drager van de continuïteit van het merk. Vanaf het begin wordt gewerkt aan het communiceren van het gedachtegoed, de wereld van het merk. De propositie, het concept is immers impliciet gepositioneerd. Er hoeft later geen fictieve waarde aan te worden toegevoegd. Conceptmerken zoeken vervolgens zelf, vanuit de betekenis van het merk, producten en/of diensten uit.
Een voorbeeld van positioneren is een goede marktpositie van een bedrijf. Het bedrijf moet zich onderscheiden van de concurrent. Door diensten of producten kunnen ze zich onderscheiden van andere bedrijven.
Een voorbeeld van concepting is blackboard. Dit is een site waar iedere student zijn eigen documenten kan opzoeken van de vakken die hij of zij hebben. Achter dit concept zat duidelijk een idee van handigheid. Zo kan iedere student zelfstandig opzoeken wat ze moeten doen op school en lesmateriaal vinden.
De verschillen tussen positioneren en concepting is dat een concept al is gepositioneerd. Dus eigenlijk is positioneren een onderdeel van concepting. Bij concepting wordt gewerkt aan het communiceren van het gedachtegoed
5 Beargumenteer de volgende stelling: concepting is meer dan een concept
Bij concepting wordt er van een proces gesproken. Het is de weg naar het uiteindelijke concept toe. Daardoor is concepting veel meer. Je hebt geen concept zonder dat je van te voren een goed winstgevend plan hebt gemaakt. Concepting is een proces waarin gebrainstormd wordt en er zo verschillende ideeën ontstaan die leiden tot een concept..
6 Geef in eigen woorden weer wat het begrip concept in enge zin en in ruime zin betekent.
Concept in enge zin is een product of dienst. Concept in ruime zin is, vooraf worden er ideeën op papier gezet, er zijn verschillende mensen bij betrokken en uiteindelijk komt er dit concept uit. Het begrip concept is een plan een soort opzet van een idee. Maar het is ook een voorstelling, een gedachte en een opvatting.
7 Hoe ontstaan originele ideeën en is dit alleen voor uitvinders en kunstenaars weggelegd? Verklaar je antwoord.
Ideeën worden alleen maar geboren in de hoofden van mensen. Voorwaarde is wel dat je de ‘ongezochte vondst’ moet willen toelaten, moet willen laten ontstaan in een ongestructureerd creatief denkproces dat zijn voedingsbodem vind in een brede externe georienteerdheid.Originele ideeën komen voort uit iets ‘voelen’ en minder uit analytische vaststellen.
Verslag
Als groep zijn we met zijn allen achter de pc gaan zitten om eerst het boek in te kijken om de stof samen te bestuderen en te bespreken. Ieder groepslid heeft zijn eigen inbreng en eigen interpretatie. De vragen hebben we als groep gemaakt. Per vraag hebben we in het boek opgezocht of we een antwoord konden vinden wat voldeed aan onze eisen. Wanneer dit niet het geval was, zijn we op het internet gaan zoeken tot we tot een eenduidig antwoord konden komen om zo een volledig antwoord te kunnen geven op de vraag. Over enkele vragen hebben we druk gediscussieerd. Zo bijvoorbeeld de vraag over de filmindustrie. Iedereen kwam met een ander voorbeeld, maar uiteindelijk hebben we het voorbeeld van de film Into the Wild genomen omdat deze het meest voldeed aan de eisen.
Door: Kevin Dijksman, Serena Joha, Jeroen de Ridder, Lois van der Vlugt en Thomas Vermeire.
4 Geef een voorbeeld van positioneren en van concepting en verklaar de verschillen (zie schema blz. 52)
Concepting is iets geheel anders dan positionering.
Bij concepting is er een heilig geloof in communicatie als de drager van de continuïteit van het merk. Vanaf het begin wordt gewerkt aan het communiceren van het gedachtegoed, de wereld van het merk. De propositie, het concept is immers impliciet gepositioneerd. Er hoeft later geen fictieve waarde aan te worden toegevoegd. Conceptmerken zoeken vervolgens zelf, vanuit de betekenis van het merk, producten en/of diensten uit.
Een voorbeeld van positioneren is een goede marktpositie van een bedrijf. Het bedrijf moet zich onderscheiden van de concurrent. Door diensten of producten kunnen ze zich onderscheiden van andere bedrijven.
Een voorbeeld van concepting is blackboard. Dit is een site waar iedere student zijn eigen documenten kan opzoeken van de vakken die hij of zij hebben. Achter dit concept zat duidelijk een idee van handigheid. Zo kan iedere student zelfstandig opzoeken wat ze moeten doen op school en lesmateriaal vinden.
De verschillen tussen positioneren en concepting is dat een concept al is gepositioneerd. Dus eigenlijk is positioneren een onderdeel van concepting. Bij concepting wordt gewerkt aan het communiceren van het gedachtegoed
5 Beargumenteer de volgende stelling: concepting is meer dan een concept
Bij concepting wordt er van een proces gesproken. Het is de weg naar het uiteindelijke concept toe. Daardoor is concepting veel meer. Je hebt geen concept zonder dat je van te voren een goed winstgevend plan hebt gemaakt. Concepting is een proces waarin gebrainstormd wordt en er zo verschillende ideeën ontstaan die leiden tot een concept..
6 Geef in eigen woorden weer wat het begrip concept in enge zin en in ruime zin betekent.
Concept in enge zin is een product of dienst. Concept in ruime zin is, vooraf worden er ideeën op papier gezet, er zijn verschillende mensen bij betrokken en uiteindelijk komt er dit concept uit. Het begrip concept is een plan een soort opzet van een idee. Maar het is ook een voorstelling, een gedachte en een opvatting.
7 Hoe ontstaan originele ideeën en is dit alleen voor uitvinders en kunstenaars weggelegd? Verklaar je antwoord.
Ideeën worden alleen maar geboren in de hoofden van mensen. Voorwaarde is wel dat je de ‘ongezochte vondst’ moet willen toelaten, moet willen laten ontstaan in een ongestructureerd creatief denkproces dat zijn voedingsbodem vind in een brede externe georienteerdheid.Originele ideeën komen voort uit iets ‘voelen’ en minder uit analytische vaststellen.
Verslag
Als groep zijn we met zijn allen achter de pc gaan zitten om eerst het boek in te kijken om de stof samen te bestuderen en te bespreken. Ieder groepslid heeft zijn eigen inbreng en eigen interpretatie. De vragen hebben we als groep gemaakt. Per vraag hebben we in het boek opgezocht of we een antwoord konden vinden wat voldeed aan onze eisen. Wanneer dit niet het geval was, zijn we op het internet gaan zoeken tot we tot een eenduidig antwoord konden komen om zo een volledig antwoord te kunnen geven op de vraag. Over enkele vragen hebben we druk gediscussieerd. Zo bijvoorbeeld de vraag over de filmindustrie. Iedereen kwam met een ander voorbeeld, maar uiteindelijk hebben we het voorbeeld van de film Into the Wild genomen omdat deze het meest voldeed aan de eisen.
Door: Kevin Dijksman, Serena Joha, Jeroen de Ridder, Lois van der Vlugt en Thomas Vermeire.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten